Osteopathie

Osteopathie is ontstaan in Amerika, ontwikkeld door de Amerikaanse arts Andrew Still in 1847.

Osteopathie is een manuele, door de handen uitgevoerde methode die is gebaseerd op principes uit de anatomie, embryologie, neurologie en fysiologie. Onderzoek en behandeling vinden plaats vanuit een totaalbenadering van de klacht.

De volgende systemen worden onderzocht op bewegingsverlies :

  1. het bewegingsapparaat: beenderen, gewrichten en spieren
  2. het orgaansysteem: inwendige organen met bloedvaten en lymfestelsel en
  3. het craniosacrale systeem: schedelbotten, hersenvliezen, ruggenmergsvlies en hersenvochtcirculatie
Fascia

Het uitgangspunt hierbij is dat het lichaam een eenheid is. De drie genoemde systemen zijn daarbij onlosmakelijk met elkaar verbonden en beïnvloeden elkaar continu.

Het onderzoek en de behandeling zijn op beweeglijkheid gericht. Bewegingsverlies heeft volgens de osteopathie een negatief effect op het functioneren van het betreffende weefsel en er kunnen, doordat de verschillende delen van het lichaam onderling door bindweefsel zijn verbonden, ook symptomen optreden op andere locaties in het lichaam.

Er wordt uitsluitend met de handen behandeld. Een osteopaat gebruikt geen apparatuur.

Het doel is om alle systemen weer (naar hun kunnen) in beweging te brengen. Zo kan het lichaam weer vrij functioneren zonder zich steeds aan te moeten passen aan blokkades. Als de systemen weer in evenwicht zijn, is er meer energie over voor het dagelijks functioneren en zijn de pijnklachten weg of verminderd.